Select Page

Jezus, de Waarheid die stierf

by | Aug 20, 2015 | Christendom, De kerk, Het heilsplan, Jezus, Kinderen van God, Nieuwe Testament | 0 comments

  

Jezus, de Waarheid die stierf

 

 

 

Mahalia Jackson – Calvary Lyrics

Calvary, Calvary, Lord!
Calvary, Calvary, Lord!
Calvary, Calvary, Lord!
Surely He died on Calvary.

Can’t you hear Him calling His Father?

 

Legendes of verzinsels?

We hebben in de vorige aflevering gezien hoe Lucas en Mattheus met hele verschillende verhalen komen over de afkomst en geboorte van Jezus. Ze kunnen daarvoor niet meer leunen op het evangelie van Marcus, omdat Marcus daarover zwijgt.  Maar omdat beide schrijvers voelen dat gelovigen meer informatie over Jezus  nodig hebben en dat zijn afstamming van koning David vastgesteld moet worden, komen ze met hun eigen invulling. Ze hadden beter eerst even met elkaar kunnen overleggen om die verhalen op elkaar af te stemmen:) ! Het is lastig te bepalen wat er precies gebeurd kan zijn. Zelf wil ik hen nog wel een beetje geloofwaardig houden door te denken dat ze afgegaan zijn op verschillende verhalen die in de loop van de tijd zijn ontstaan. Zo gaat het nu een keer bij het ontstaan van legendarische  volksverhalen. Anders moet je geloven dat ze die verhalen helemaal zelf uit hun duim hebben gezogen. Niet dat dat zo ongewoon was in die tijd. Het stikte er toen van zelf bedachte verhalen die geschreven werden in de naam van of ten behoeve van een vereerd persoon. Literatuur was toen natuurlijk nog lang niet zo gewoon als in onze tijd en men had andere ideeën over wat er op door kon. Met een verhaal iemand eren en meer gestalte geven werd vaak als legitiem gezien. We komen nog terug op andere oude verhalen over Jezus die zelfs door de gelovigen niet als geloofwaardig worden gezien. Dat zulke verhalen ontstonden staat dan ook buiten kijf en welke reden zou je hebben om te denken  dat Lucas en/of Mattheus wel van de historische feiten op de hoogte waren. Zelf ben ik ervan uitgegaan dat de Jezus in Marcus wel een beetje in de buurt komt van de historische Jezus en dat hij een beetje teveel in zichzelf is gaan geloven en zich is gaan zien als de Zoon van God en de toekomstige heer van het koninkrijk van God. Anderen, zoals James Tabor, gaan veel verder en denken dat het Marcus-evangelie al Paulus (de echte stichter van het Christendom) is gaan volgen in zijn kijk op Jezus. Immers Paulus opereerde en schreef ongeveer van 50 – 67 n. Chr.  en Marcus werd pas na 70 n. Chr. geschreven. Dat zou dus heel goed kunnen, hoewel ik in Marcus nog niet de theologie van Paulus volledig uitgewerkt zie, waarbij Jezus sterft omdat zijn Vader een offer nodig heeft om de mensen hun  zonden te vergeven en weer met Zich te verzoenen.

 

Pontius Pilatus

 

 

Jezus moet dus dood, hij had dat zelf al voorspeld en dan is er ook niet veel meer aan te doen. De Romeinse bewindvoerders en de betrokken Joodse leiders konden dan ook niet veel meer doen dan die al goddelijk vastgestelde gebeurtenis uit te voeren. Hij had nog aan de dood kunnen ontsnappen door de cruciale vraag: “Bent u de Koning van de Joden?” met “nee, natuurlijk niet,” te beantwoorden. Maar daar zag hij van af, hij antwoorde met nogal een slag om de arm:

 BGT:

 Marcus 15:  2 Pilatus vroeg aan Jezus: ‘Bent u de koning van de Joden?’ Jezus antwoordde: ‘U zegt het zelf.’ 
Mattheus 27: 11 Jezus stond voor Pilatus, de bestuurder van de stad. Pilatus vroeg aan hem: ‘Bent u de koning van de Joden?’ Jezus antwoordde: ‘U zegt het zelf.’ 
Lucas 23: 3 Pilatus vroeg aan Jezus: ‘Bent u de koning van de Joden?’ Jezus antwoordde: ‘U zegt het zelf.’

 

 In het evangelie van Johannes, waar Jezus als veel meer goddelijk wordt beschreven, krijgen we ook een uitgebreider versie te lezen:

Johannes 18: 33 Pilatus ging zijn paleis weer binnen. Hij liet Jezus bij zich komen en vroeg aan hem: ‘Bent u de koning van de Joden?’ 34 Jezus zei: ‘Vraagt u dat uit uzelf? Of hebben anderen dat over mij gezegd?’ 35 Pilatus antwoordde: ‘Natuurlijk vraag ik dat niet uit mezelf. Ik ben geen Jood. Maar uw eigen volk en de hogepriesters hebben u bij mij gebracht. Wat hebt u verkeerd gedaan?’ 36 Jezus zei: ‘Ik ben geen koning zoals de koningen van deze wereld. Als ik een aardse koning was, dan zouden mijn dienaren voor mij gevochten hebben. Dan zou ik niet aan de Joden uitgeleverd zijn. Maar ik ben geen aardse koning.’ 37 Toen vroeg Pilatus aan Jezus: ‘U bent dus wel een koning?’ Jezus antwoordde: ‘U noemt mij een koning. Maar ik zeg u: Ik moet de waarheid bekendmaken. Daarvoor ben ik geboren en daarvoor ben ik naar de wereld gekomen. Iedereen die aan de kant van de waarheid staat, luistert naar mijn woorden.’ 38 Toen zei Pilatus: ‘Wat is waarheid?’

Kinderen van God vragen zich niet meer af wat waarheid is. Zij weten het al, Jezus zelf is de Waarheid. Pilatus had dat ook kunnen weten als hij maar naar Jezus geluisterd had: 
Johannes 14:6 (NBG) 
6 Jezus zeide tot hem: Ik ben de weg en de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door Mij. 
Kinderen van god hebben niet het idee dat ze hoogmoedig en eigenwijs zijn als ze zeggen dat Jezus de Waarheid is, hij heeft het immers zelf gezegd. Jij bent immers ook niet eigenwijs als je partner claimt een genie te zijn en jij vertelt iedereen dat het zo is, want “hij/zij heeft het immers zelf gezegd”……… 
Misschien is het ook wel een beetje meer simpel dan hoogmoedig, maar op de buitenwereld maakt het wel de indruk behoorlijk eigenwijs te zijn.
In ieder geval, de Waarheid wordt gekruisigd op de heuvel Calvarie (ook wel Golgotha genoemd), sterft en wordt begraven. Nou is het vast geen prettige dood, de dood aan het kruis en gelovigen worden buitengewoon emotioneel al ze aan deze kruisdood denken, voor hun heeft niemand ooit een ergere dood geproefd en meer pijn moeten verdragen. Dat er in die tijd dagelijks mensen door de Romeinen gekruisigd werden, wordt dan even vergeten en dat er in  de martelkamers van de SS wellicht nog wel meer pijn geleden werd hoeft er ook niet bij gehaald te worden. Maar het mooie is dat op het moment dat de Waarheid stierf, mijn zonden weggewassen werden…….
 

Opstanding

 

 

Bill & Gloria Gaither – He’s Alive [Live] ft. Don Francisco  

 Nou heb je aan een  dode Jezus verder ook niet veel, hij moest dus wel weer levend worden. En omdat de evangelieschrijvers zelf Hem nergens meer lichamelijk tegenkwamen, moest hij daarna ook wel weer verdwenen zijn. Zo ontstond het idee van de Hemelvaart. Jammer want als hij ook gewoon lichamelijk aanwezig was gebleven, hadden we wellicht wat gemakkelijker in hem kunnen geloven. Per slot van rekening kom je niet iedere dag iemand tegen die al ouder is dan 2000.

Jezus stond dus op uit de dood en daar hield het bij Marcus mee op. Lucas en Mattheus stonden daarmee weer alleen en kwamen met behoorlijk verschillende verslagen over wat er daarbij en daarna gebeurde. 

In Marcus:

 Drie vrouwen, Maria van Magdalena, Maria (de moeder van Jakobus) en Salome gaan vroeg op zondagmorgen naar het graf. Daar zien ze dat het graf leeg is en dat er een jongeman zit, gekleed in een wit gewaad. Ze schrokken behoorlijk en hij  zegt tegen hen:

Marcus 16: 6-7 (BGT): 

6 …: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik weet dat jullie op zoek zijn naar Jezus uit Nazaret. Hij is gestorven aan het kruis. Maar hij is opgestaan uit de dood. Hij is niet hier. Kijk, hier heeft hij gelegen.’ 7 De jonge man zei verder: ‘Jullie moeten naar Petrus en de andere leerlingen gaan. En jullie moeten tegen hen zeggen dat Jezus naar Galilea gaat. En dat ze hem daar zullen zien. Precies zoals Jezus ook al gezegd heeft.’ 

 

De dames waren er zo overstuur van dat ze niemand iets gingen vertellen. 

 

8 Ze gingen naar buiten en vluchtten bij het graf vandaan, want ze waren bevangen door angst en schrik. Ze waren zo erg geschrokken dat ze tegen niemand iets zeiden. 

In Mattheus 

Hier gaan de twee Maria’s naar het graf en als ze daar aankomen komt er een grote aardbeving want een engel van God daalde af om de steen van het graf weg te wentelen. In Marcus zit de jongeman naast de lijkkleding, hier gaat de engel op de weg gewentelde steen zitten. Hij droeg ook witte kleding maar zag er verder uit als de bliksem. De bewakers van het graf vielen allemaal in een tijdelijke coma. De engel zegt hier: 
Matteus 28: 
5 ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik weet dat jullie op zoek zijn naar Jezus, die aan het kruis gestorven is. 6 Maar hij is hier niet. Want hij is opgestaan uit de dood, zoals hij gezegd heeft. Kom maar kijken, hier heeft hij gelegen. 
7 Ga nu snel naar de leerlingen en zeg hun dat Jezus uit de dood is opgestaan. Vertel hun ook dat Jezus naar Galilea gaat. En dat ze hem daar zullen zien. Dat is wat ik tegen jullie moest zeggen.’
 
De vrouwen zijn hier wat minder timide en snellen  terug om het te vertellen :

 8 Snel gingen de vrouwen weg bij het graf. Ze waren geschrokken, maar ook ontzettend blij. Ze wilden zo snel mogelijk aan de leerlingen gaan vertellen wat er gebeurd was.

Onderweg  hebben ze ook nog een ontmoeting met Jezus zelf en gaan dan door en vertellen het de discipelen. Die discipelen vertrekken daarop naar Galilea en krijgen daar Jezus te zien. Die belooft hen altijd bij hen te zullen zijn en zegt dat ze alle volkeren tot Zijn discipelen moeten maken. Jezus vertrekt hier niet naar de hemel. 

In Lucas 

Hier gaan de vrouwen ook naar het graf en zien dan dat het graf leeg is waarvan ze erg schrikken, maar dan: 
Lucas 28 (BGT) 
4. .Plotseling stonden er twee engelen bij hen, in stralende kleren.5 De vrouwen waren zo bang, dat ze niet naar hen durfden te kijken. 
De engelen zeiden: ‘Waarom zoeken jullie een levende man in een graf?6 Jezus is hier niet. Hij is opgestaan uit de dood. Weten jullie nog wat hij in Galilea gezegd heeft? 7 Hij zei: ‘Ik, de Mensenzoon, zal door slechte mensen gevangengenomen worden. Ze zullen mij aan het kruis laten sterven. Maar drie dagen later zal ik opstaan uit de dood.’’ 
8 Toen herinnerden de vrouwen zich de woorden van Jezus.
 

De vrouwen gaan dan terug om het de discipelen te vertellen

 

 9-10 De vrouwen gingen terug naar de stad. Het waren Maria uit Magdala, Johanna, en Maria, de moeder van Jakobus, en nog een paar andere vrouwen. Ze gingen alles vertellen aan de elf leerlingen en aan de andere leerlingen die bij hen waren. 11 Maar de leerlingen vonden het verhaal van de vrouwen maar onzin. Ze geloofden het niet. 

In Lucas blijven de discipelen in Jeruzalem en gaan niet naar Galilea. Daar in Jeruzalem verschijnt Jezus aan hen:
 
36 Terwijl de leerlingen met elkaar aan het praten waren, stond Jezus plotseling bij hen. Hij zei: ‘Ik wens jullie vrede.’ 37 De leerlingen schrokken en werden bang. Ze dachten dat ze een geest zagen. 38 Maar Jezus vroeg: ‘Waarom zijn jullie bang? En waarom twijfelen jullie of ik het echt ben? 39 Een geest heeft geen lichaam. Maar kijk eens naar mijn handen en mijn voeten. Raak mij eens aan. Jullie kunnen toch zien dat dit mijn lichaam is? Ik ben het echt!’ 40 En Jezus liet de wonden aan zijn handen en voeten zien. 
41 De leerlingen waren zo blij en verrast, dat ze het niet konden geloven. Daarom zei Jezus: ‘Hebben jullie hier iets te eten?’ 42 Toen gaven ze hem een stuk gebakken vis. 43 En Jezus at het op waar zij bij waren.
 
Ze gaan dan met Jezus de stad een eindje uit en daar stijgt Jezus op naar de hemel. Lucas vertelt dit pas in z’n tweede boek, de Handelingen der Apostelen. Hij gebiedt de leerlingen om Jeruzalem  niet te verlaten, maar te wachten op de uitstorting van “de Heilige Geest”. 

In Johannes

 In het evangelie van Johannes loopt het allemaal weer een beetje anders. Hier ging Maria eerst naar het graf en toen ze zag dat de steen weg gewenteld was liep ze snel terug naar de discipelen. Daarop snelden twee discipelen (Petrus en waarschijnlijk Johannes himself) naar het graf en troffen dat inderdaad leeg aan. Ze gaan dan weer naar Jeruzalem. Maria was kennelijk ook meegekomen en is wat moeilijker bij het graf weg te slaan, waarop Jezus zich aan haar vertoont en haar gebiedt terug te gaan naar Jeruzalem en het goede nieuws te vertellen.

De verhalen zijn allemaal zo verschillend dat ze moeilijk als een historische beschrijving gezien kunnen worden. Maar hoe dan wel?

 

 Het zien van Jezus 

James D. Tabor die dit jaren heeft bestudeerd gelooft dat de oplossing ligt in de ervaring van Paulus. Zie Paul and Jesus. Volgens Lucas (in het boek “Handelingen”) had die Paulus ook een ontmoeting met Jezus:

Handelingen 9:

 3 Saulus vertrok naar Damascus. Toen hij daar bijna was, straalde er plotseling een licht uit de hemel om hem heen.  4 Saulus viel op de grond en hoorde een stem zeggen: ‘Saulus, Saulus, waarom vervolg je mij?’ 
5 Saulus vroeg: ‘Heer, wie bent u?’ De stem zei: ‘Ik ben Jezus. Ik ben degene die jij vervolgt.
 


Paulus lijkt in zijn brieven ook te verwijzen naar die gebeurtenis en dat zijn de eerste beschrijvingen die we hebben van ontmoetingen met Jezus. Wat we daaruit kunnen leren over het “zien van Jezus” gaan we in een volgende blog op in en daarmee ook op een groot verschil tussen de Griekse en Joodse kijk op “lichaam en ziel”

 

 

 

I’ve Just Seen Jesus (feat. Larnelle Harris and Sandi Patty) [Live].
(P) (C) 2012 Spring House Music Group.

Maar waarschijnlijk eerst  nog even naar Jezus volgens Johannes.